Huismus

De huismus was tot voor kort een algemene en zeer bekende broedvogel in dorpen en steden. Stevig gebouwd, met grote snavel en verhoudingsgewijs grote kop. Mannetjes en vrouwtjes verschillen sterk, waarbij de mannetjes veel donkerder gekleurd zijn.

 

Het mannetje heeft een grijs petje met roodbruine zijden, grijze wangen, grijs onderlichaam en brede witte vleugelstrepen. Dominante mannetjes hebben meer zwart op de borst dan mussen lager in de rangorde. Het vrouwtje kenmerkt zich door tamelijk eenvormig lichtbruin kleed, heeft een opvallende wenkbrauwstreep achter het oog. Het mannetje heeft een donkergrijze kegelvormige snavel, bij het vrouwtje is de snavel lichter en geliger van kleur. Korte leverkleurige poten.

Leefwijze

Huismussen stellen prijs op een rommelige menselijke omgeving, met struikgewas, schuren, weilanden met vee, gemorst graan en zo verder. Talrijkst in dorpen en in oudere buitenwijken, met rommelige tuinen. Als er veel hoge bomen staan, verdwijnt de huismus.

Het menu van de huismus bestaat uit zaden, granen, insecten, bloemknoppen, brood, bessen, pinda's en vetbollen. In broedtijd voornamelijk insecten.

De huismus is een uitgesproken standvogel; er is heel weinig trek, in zowel voor- als najaar.

Broeden

De huismus broedt van eind maart tot in augustus. De huismus heeft twee tot drie legsels per broedseizoen met elk 4-6 eieren. Huismussen broeden in een los kolonieverband. Het nest wordt vooral gemaakt onder dakpannen, in gaten en kieren van gebouwen en in mussenkasten. Het slordige nest bestaat uit takjes, stro, veertjes en hondenharen. Broedduur: 11-12 dagen. De jongen zitten zo'n 17 dagen op het nest. Als de jongen uitvliegen, worden ze daarna nog 1-2 weken gevoerd door de ouders.

Ook de huismus heeft onze bescherming nodig

 

De huismus staat op de Rode Lijst van de Nederlandse broedvogels. Het recente herstel is nog te beperkt om te compenseren voor de grote afname die eind vorige eeuw heeft plaatsgevonden. In het stedelijk gebied zijn zowel nestgelegenheid als voedselbeschikbaarheid afgenomen.

 

Oorzaken zijn de veranderingen in woningbouw (verdwijnen ouderwetse pannendaken), woningrenovatie (geen toegang meer tot nestplekken), beheer van stedelijk groen (minder onkruid- en insectenrijke vegetaties en dus voedselproblemen, minder struiken om te schuilen) en verstening van tuinen.

Op het platteland is vooral het voedselaanbod afgenomen door vermindering van graanteelt, efficiëntere oogstmethoden, verdwijnen van stoppelvelden en gebruik van bestrijdingsmiddelen.

Het huismussen project in Schimmert

 

Een GIGA-COMBI HUISMUSSENTIL.

In ZUID-LIMBURG de EERSTE huismussentil werd op vrijdag 29 september 2023 geplaatst door Jan de Veen bij zijn woonhuis.

 

De giga-combi huismussentil werd door een verreiker omhoog gehesen en op een 5 meter hoge houten paal geplaatst volop in het groen.

Bij het ontwerp is rekening gehouden met de veelzijdigheid  van deze zelfgemaakte huismussentil.                          Jan combineerde de nestmogelijkheden voor de huismus èn de huiszwaluw om zovéél mogelijk broedplekken te creëren. Deze giga-combi til met een kapdoorsnede van 1.60 meter en hoogte van 1.30 meter, telt dan ook 29 broedplekken met ook nog extra ruimte voor nestmateriaal.

 

Het waardevolle en unieke van deze til is dus veelzijdig omdat deze niet alleen gebouwd is voor de huismus en -zwaluw (koloniebroeders).
Ook de eekhoorns, kool- en pimpelmezen, kauwtjes en eksters weten het nestmateriaal te vinden. Ze plukken het hooi en de schapenwol ertussen uit voor hun nesten. De til geeft de huismus en zwaluw niet alleen nieuw onderdak om te kunnen broeden.

Door zijn veelzijdigheid, de plaatsing hoog en volop in het groen, biedt het de vogels ook rust en bescherming.